Toen ik hoorde over een aangespoelde dode Bultrug (Megaptera novaeangliae) in Calais besloot ik eens te gaan kijken. Op zich al een belevenis om zo’n groot zeezoogdier van dichtbij te zien, maar ook een kans om op zoek te gaan naar andere soorten die op zo’n Bultrug leven.
Het opvallendst waren de zeepokken die op het dier groeiden. Het gaat hier om een specifieke soort die enkel op walvissen leeft: Coronula diadema, meestal te vinden op de keel, staart en vinnen. Wanneer deze zeepokken sterven laten ze opvallende cirkelvormige littekens na, iets wat vaak talrijk aanwezig is bij Bultruggen. Geassocieerd met de zeepokken zijn Geoorde eendenmossels (Conchoderma auritum) die zich vasthechten op de kalkplaten. Ook hiervan waren enkele exemplaren te vinden op het gestrande dier.
Tenslotte hebben Bultruggen een gastheerspecifieke walvisluis: Cyamus boopis, ook wel Bultrugluis genoemd. Eigenlijk een verwarrende naam want het zijn geen luizen (wat insecten zijn), maar ectoparasitaire vlokreeftjes. En zo kon ik drie Crustacea noteren die vanwege hun specifieke habitat, een walvis, niet vanzelfsprekend te vinden zijn.